Zouterik op reis

View Original

TUF LUCK - Wie de schoen past…

Op flipflops arriveerden we na drie weken zeilen op de North Pacific vanaf Hawai’i in Alaska. De staat die bekend staat als The Last Frontier. De staat waar de wildernis nog steeds het leven van de inwoners bepaalt. En waar stoerheid geen imago is maar gewoon het dagelijks leven.

In de drie jaar sinds de start van onze wereldomzeiling droegen we nauwelijks ander schoeisel dan teenslippers. Het was er in de tropen veel te heet voor. Maar eenmaal op hoge breedte konden we niet meer uit de voeten op Havaiianas of Billabongs. Na een eerste zonnige week begon het op Kodiak Island te stortregenen en het werd koud. Met de hele familie Zouterik togen we naar een fisherman store om ons te hullen in donsjacks, regenkleding, wollen sokken, mutsen en vooral laarzen. Niet zomaar een paar rubber exemplaren. Nee, het moesten XTRATUFs worden. ‘Alaska proven, built for all’. Het motto van het laarzenmerk says it all, niet waar? In Alaska regeert XTRATUF als schoeisel voor de massa.

Bruin rubber in plaats van klompen

Nog toen we op zonovergoten Hawai’i rondvoeren, vlogen de aanbevelingen voor de onvolprezen voetbeschermers ons om de oren. Als marketeer weet ik als geen ander hoe de algoritmische systemen van social media werken. Big brother is watching you, dus weten adverteerders feilloos dat ik van plan ben om van Hawai’i naar Alaska te zeilen, dat ik heb gegoogeld op bestemmingen en weersomstandigheden en dat ik heb gezocht naar outdoor winkels in Alaska. De advertenties voor XTRATUFs vlogen me om de oren. Avonturiers op gletsjers dragen ze om warm te blijven. Zalmvissers dragen ze als ze op de woeste baren hun netten binnenhalen. Loggers dragen ze terwijl ze bomen kappen in de eeuwenoude bossen. Van medewerkers op boorplatforms tot natuurgidsen, ja het is niet minder dan hip om in Alaska XTRATUFs te dragen onder minirokjes terwijl je naar de kroeg gaat. Een heerlijk vooruitzicht voor deze geboren en getogen Twentse. Crème-bruingekleurde rubberlaarzen als vervanging voor de klompen uit mijn jeugd. Beter ging het niet worden!

‘XTRATUF boots are engineered to withstand the world’s toughest conditions!’ Nou, tegen die belofte kun je als zeiler in weer en wind toch zeker geen nee zeggen. Dus telden we drie keer een flink bedrag neer om de grootste voeten van ons gezin te hullen in dit ‘total protection shield’ zoals het merk belooft. Ook al waren we nog maar koud twee dagen in Alaska, met dat bruine rubber aan onze voeten voelden we ons in een klap zelf een beetje inwoner van Alaska. Wat een merk-imago van 50 jaar oud niet met je kan doen!

Met laarzen aan naar bed

Sinds de aankoop in juli vorig jaar heb ik mijn XTRATUFs niet meer uitgedaan. Nou ja, behalve om een paar uur te slapen, maar ook dat is in de zomer in Alaska met al die uren daglicht maar kort. Dus de laarzen werden intensief gebruikt. Aan dek tijdens het zeilen door de wateren van Alaska, bij het op het strand half in de branding in- en uitstappen van de dinghy en tijdens wandelingen door de wildernis in deze noordelijkste staat van Amerika. Zelfs een biertje in een kroeg en de dagelijkse boodschappen deed ik op de bruine laarzen. Ik liep met ze weg, om maar even een flauwe woordgrap te gebruiken.

Tot de herfst zijn intrede deed en het imago van onverwoestbaarheid er echt toe ging doen. Het ging regenen, het werd koud, de eerste sneeuw viel en ijs maakte de steigers glad. Op een ochtend in november riep Tjaart vanuit de cockpit: “Ik krijg natte voeten.” Krijg nou wat, was het eerste wat ik dacht. Hoe ‘tuf’ zijn die XTRATUFs dan eigenlijk? Ik gaf hem een warm bakkie troost en ging eens googelen.

Niet meer zo ‘tuf’ uit China

Al snel vind ik nieuwsberichten over de tanende betrouwbaarheid van XTRATUFs sinds een overname in 2007 en de verplaatsing van de productie van de laarzen dientengevolge van Amerika naar China in 2011. Dat hadden we natuurlijk kunnen weten. Wat wordt er tegenwoordig niet gemaakt in China? Het blijkt dat sinds de verhuizing van de productie vele klachten zijn binnengekomen over de kwaliteit van de laarzen.

Nader onderzoek leert mij dat het rubber van de made-in-China-boots aanzienlijk dunner is dan voorheen en dat het materiaal van de laarzen eerder olie-achtiger was. Het meest verontrustend zijn de opmerkingen over hielstukken die al na weken loslaten, in plaats van voorheen op z’n vroegst pas na jaren intensief gebruik. Het allerergst is de reden die het merk zelf geeft voor de toegenomen klachten. Ze wijten de problemen aan de training van het Chinese personeel in plaats van aan de kwaliteit van het materiaal. Kennelijk zijn Chinese XTRATUFs niet meer zo ‘tuf’ als ze beloven te zijn en is het management van het merk niet in staat de schuld elders te leggen dan bij de mensen die in China ineens dikke en zware rubber laarzen moeten vervaardigen voor een overzees gebiedsdeel waar ze misschien nog nooit van hebben gehoord.

Ondanks al die geluiden blijft het bedrijf zeggen dat de laarzen nog steeds op dezelfde manier worden gemaakt en dat er op geen enkele wijze een concessie is gedaan aan de kwaliteit van de onderdelen.

Recycling, wat is dat?

Ik inspecteer ook mijn laarzen en die van Linde en moet helaas tot de conclusie komen dat na minder dan vier maanden gemiddeld gebruik – wij zijn geen boomhakkers, vissers of gletsjergidsen – twee van de drie paar laarzen zodanige slijtage hebben opgelopen dat ze niet meer waterdicht zijn.

Ik check de site van XTRATUF op garantievoorwaarden en mail mijn bevindingen compleet met foto’s naar de klantenservice. Ook vraag ik waar ik mijn defecte boots naar toe mag sturen zodat ze gerecycled kunnen worden. Binnen no time heb ik een antwoord in mijn mailbox. XTRATUF vindt het spijtig dat onze laarzen niet meer voldoen aan de kwaliteitseisen en als we ons adres mailen, sturen ze per omgaande twee paar vervangende laarzen terug.

Ik lees verder en mijn klomp breekt. Niet zozeer van de vervangingsbelofte want die is niet alleen genereus maar eigenlijk wel te verwachten van een dergelijk groot merk. Waarover ik van mijn stoel val is het antwoord op mijn recyclingvraag: “Thank you for your comments but unfortunately we do not have any waste containers for our product. However it is a good idea! We will pass this information on to management and see if we can do something like this in the near future.”

Repareren, delen en hergebruiken

Ik ben enorm fan van Patagonia. Hoewel ik geen enkel kledingstuk bezit van dit merk omdat het zo duur is. Eerlijk is eerlijk, vóór onze reis was die prijs een reden om iets niet te kopen en voor een goedkoper product te gaan. Nu wij onderweg zo veel zijn geconfronteerd met consequenties van klimaatverandering, zoveel slechte voorbeelden van duurzaamheid hebben gezien, de plastic soup met eigen ogen in grote hoeveelheden hebben zien voorbij drijven en verspilling en consumentisme voor ons onderwerpen zijn geworden waar we dagelijks over praten en mee om proberen te gaan, kijk ik voorgoed anders aan tegen ‘duur’.

Want Patagonia mag dan duur zijn, in feite koop je geen jas, trui of broek, maar kleding voor het leven. Al jarenlang is Patagonia het voorbeeld van een merk dat zich hard maakt voor een duurzame wereld door te pleiten tegen overconsumptie en voor verlenging van de levensduur van spullen die we toch al bezitten.

Het merk garandeert een ijzersterke kwaliteit. En met het adagium ‘Repair, share and recycle’ ondervangt ze in wezen elke noodzaak om een nieuw kledingstuk aan te schaffen als het niet strict noodzakelijk is. Als je om welke reden dan ook niet tevreden bent, mag je het terugbrengen voor reparatie, vervanging of krijg je je geld terug. Schade of slijtage als gevolg van normaal gebruik wordt tegen redelijke kosten gerepareerd. Of je kunt het zelf repareren als wachten je te lang duurt. Ze hebben er zelfs handleidingen en filmpjes voor gemaakt onder het motto ‘If it’s broke, fix it!’

Daarnaast hebben ze onder de noemer ‘worn wear’ het initiatief genomen voor een webshop met gebruikte Patagonia kleding. En tot slot gaat 1% van alle omzet naar initiatieven ter behoud en herstel van de natuurlijke omgeving wereldwijd.

Ik wil geen lampen, maar licht

Hun duurzaamheidsstrategie zal ongetwijfeld nog niet 100% waterdicht zijn, maar voor mij past het in het rijtje van merken die zich hard maken voor verantwoorde economische groei en tegen zinloze consumptie. Een mooie illustratie vind ik de oproep van architect Thomas Rau: “Koop geen lampen en koelkasten maar licht en koeling.” Toen hij in 2010 zijn nieuwe kantoor wilde inrichten vroeg hij Philips ervoor te zorgen dat hij geen lampen hoefde te kopen, maar gewoon licht zou krijgen. Philips moest ook Rau’s energierekening betalen want zij hadden dat immers nodig om licht te kunnen leveren. Philips ging akkoord. Als de lamp kapot is, komt Philips die ook vervangen én moet het de kapotte lamp terugnemen. De levensduur van lampen bleek na wat aanpassingen ineens omhoog te kunnen van zes naar vijftien jaar.

Zo is er nog een voorbeeld van witgoedfabrikant Bosch die huurders van sociale woningbouwverenigingen wasbeurten bleek aan te kunnen bieden zodat ze zelf geen wasmachines hoefden te kopen. De levensduur van de Bosch wasmachines ging ineens drastisch omhoog .

Deze manier van denken brengt volgens Rau macht en verantwoordelijkheid weer bij elkaar en waar het hoort: bij de producent die ineens het belang gaat inzien al zijn producten zo te maken dat ze levenslang meegaan in plaats van te willen dat de lamp, wasmachine of auto stukgaat omdat klanten dan een nieuwe komen kopen. Dat is verantwoordelijkheid nemen voor de macht die je als producent hebt.

Niet meer dan je nodig hebt

Zelf proberen wij de levenswijze ‘niet meer nemen dan je nodig hebt’ dagelijks in praktijk te brengen. En daarom kopen wij al geruime tijd kleding, huishoudelijke zaken, puzzels en spelletjes zo veel mogelijk in thrift stores. Het is ongelooflijk wat je daar allemaal tegenkomt. Het maakt je als consument enerzijds beschamend blij, maar tegelijkertijd bedroevend moedeloos vanwege zoveel zinloze productie en overconsumptie. Als de hele wereldbevolking nooit meer iets nieuws zou kopen, zouden we nog eeuwen vooruit kunnen met alles wat al ooit op de wereld geproduceerd is.

Dus dit is een pleidooi voor beperking. Beperking van de macht en invloed van producenten en beperking en beheersing van onze eigen consumentendrang. Natuurlijk heeft dit consequenties. Producten zullen duurder worden, bepaalde merken en producten zullen van de markt verdwijnen. En wat zou er gebeuren als beursgenoteerde ondernemingen ineens hun bedrijfsvoering en visie zouden aanpassen aan deze nieuwe wijze van produceren? Als winst en aandeelhouderswaarde niet meer richtinggevend zouden zijn? Als CEO’s het lef zouden hebben maar vooral ook zouden tonen om het radicaal anders te doen?

Want is dat niet de enige richting die we kunnen inslaan voor een leven waarin niet garantie op een individueel product belangrijk is, maar garantie op een wereld waarin we niet meer nemen dan we nodig hebben? Een wereld die er ook nog is - en ook nog leefbaar is - voor ontelbare generaties na ons. Als prettige bijkomstigheid verlengen we dan niet alleen de levensduur van producten maar ook exponentieel de levensduur van de aarde.

Merken, neem je verantwoordelijkheid

Ik hoop dat een merk als XTRATUF ook die stap gaat zetten. Nee wat zeg ik: ze MOETEN die stap zetten! Met plezier kochten we voor een fiks bedrag drie paar XTRATUFs omdat we levenslange kwaliteit verwachtten. Groot was onze teleurstelling toen bleek dat dat een illusie was.

Ik hoop dat het bedrijf snel een repair en recycle methode in het leven roept die recht doet aan haar ecologische voetafdruk en het imago dat het merk inmiddels al 50 jaar heeft.

Tot die tijd hebben wij besloten onze kapotte XTRATUFs zelf een tweede leven te geven. We hebben de lange, niet meer waterdichte schachten afgeknipt en gebruiken ze als lage instaplaarzen. Laten we zeggen: de stoere variant van Crocs. Mooi? Nee, misschien niet. Maar wel functioneel. En een kleine stap op weg naar niet meer nemen dan we nodig hebben.

#nietmeernemendannodig #beginbijjezelf #verantwoordproduceren #oneworld #garantieopeenlangerelevensduurvandewereld #xtratuf #patagonia